Vandaag sinds zeven jaar weer Knokke bezocht. Daarvoor zal het ook wel weer zo'n zeven jaar geleden zijn, noem het gerust de seven year itch. Ik kreeg een buitenkansje om een paar daagjes uit te waaien in Middelkerke en als ik eenmaal aan de Belgische kust ben (iets dat niet meer al te vaak gebeurt) moet ik ook naar Knokke heen. Noem het gerust een soort drang. Het was vrij voorspelbaar dat ik weer week werd van nostalgie bij het aanschouwen van al die bekende plekjes, dat was ook de reden waarom ik er heen wilde, als bij het doorbladeren van een fotoalbum, maar wat ik niet kon voorspellen was de cultuurshock die ik er nu voor het eerst ervaarde. Don't get me wrong: ik blijf bij het feit dat Knokke de mooiste badstad is. Sommigen durven mij hierin tegen te spreken en vele argumenten zullen mijn mening hierover nog niet veranderen. Het is er prachtig, alleen... Die winkels, die mensen. Hoeft het nu echt zò kak te zijn (ik schrijf het Nederlandse kak omdat ik het een leuker woord vind dan het Amerikaanse prep of het Vlaamse snob, dus zonder enige bijbetekenis)?
Knokke is een reservaat. Punt. Van kakkers met hun kleine kakkertjes. Gedurende die hele dag daar, in het Zoute, heb ik geen enkele niet-kakker gezien. Geen enkele! Geen en-ke-le! Of toch: mezelf in een spiegelraam. Ook de kakkineuze winkels zijn er natuurlijk heel erg overvloedig aanwezig. En om net daarom Knokke als een Petit Paris te beschouwen vind ik een beetje te veel eer: anders dan in Parijs zijn hippe winkels er totaal afwezig.
Omringd door kakkertjes voel ik me nooit echt op m'n gemak. Tot m'n twaalfde liep ik waarschijnlijk zelf wel zo rond dankzij het aannemelijke eightiesexcuus: BCBG was toen hip en Dujardin was dé Antwerpse kinderwinkel. Zulke modetrends evolueren nu eenmaal maar kakkertjes blijven nog steeds tot op vandaag de dag in hun eightiesuniform lopen: polo en jeans. En net daarom heb ik het er zo moeilijk mee: het is een uniform. Een oude uniform die ooit hip was. Knap of origineel kan je het niet meer noemen, individualiteit is dé ontbrekende factor. Ik zou het niet kunnen, hoor, me kleden zoals de massa om er toch maar bij te horen (wonder boven wonder word ik wel aanvaard door kakkers, het zijn vooral de alternatievelingen die me niet moeten, dat terwijl ik mezelf als vrij alternatief beschouw. Misschien ben ik het dus niet). Dat is dus mijn probleem met kakkers: die zogenaamde verdwenen individualiteit in hun kleedgedrag. Ook in m'n lagere middelbare schooljaren, toen ik op een strenge kakschool met strenge uniform voor meisjes schoolliep, kon ik echt niet begrijpen dat al die meiden er op uniformloze dagen er bijna allemaal hetzelfde bijliepen.
Maar anders dan de meeste mensen zullen beweren vind ik ze best wel aardig. Zodra men buiten de kakkringen hoort dat je ooit een leerling bent geweest op een kakschool moet je al veel moeite doen om aanvaard te worden (om die reden ken ik er velen die het zelfs verzwijgen), terwijl op die kakschool ook de alto's aanvaard werden. Je kan iets tegen hun kleedgedrag hebben maar niet tegen hun persoonlijkheid. Uit ervaring kan ik met reden zeggen dat alto's je met meer vooroordelen zullen neersabelen dan kakkers doen. En vervolgens doen alsof je lucht bent. En vervolgens beweren dat ze zo open minded zijn. Een alto zal makkelijk een afkeer hebben van Knokke zonder daar ooit te zijn geweest, terwijl ik toch al wat kakkertjes heb zien opduiken in alternatievere cafés. Het is hun reputatie die hen niet meezit. Net als bij de Antwerpenaars. En hun kledij, natuurlijk.
1 opmerking:
love it :-) hatelijk die kakkertjes, de neo conservatieve eikels, met hun opzij gekamd haar. Ik hoop dat ze verzuipen in de zee, ik help wel graag een handje. Eerst kotsen op hun roze hemdjes. Speel Nick Cave luid op de dijk. Maar zo juist wat je zegt over alto's, die zero tolerant zijn. Nagels met koppen.
Een reactie posten