Gisteren was ik in gesprek met een Taal-en Letterkunde student en soms mis ik het wel es, die zware taalkunde. Letterkunde eigenlijk vrijwel nooit. Tenzij literatuurwetenschap, met de morfologie van het sprookje en al die leuke Russische structuralisten waarvan je alle namen dienden te kennen en die je een dag later weer kwijt was. Echt waar, we kregen les over de morfologie van het sprookje en zoiets heel eenvoudigs als een sprookje werd ingewikkeld gemaakt. Nee, niet echt waar want een sprookje is niet echt eenvoudig. Ik ben in het bezit van vele originele sprookjesversies en I'll tell you: het is niet eenvoudig. Maar daaraan wil ik dit blogitem niet wijten. That's right, ik wil het over mijn nostalgische hang naar taalkunde hebben want het mag ook wel es over iets anders dan Miss België gaan. Tussen haakjes: ik gun het haar en verder wil ik er niet over nadenken.
Maar dus die taalkunde. Als ik er nu op terugkijk begrijp ik niet altijd hoe ik me ooit door die taalwetenschap heb kunnen zwoegen, dat was een van m'n drie hoofdvakken in m'n afstudeerjaren (toen licenties) en van tijd tot tijd was het echt wel zwaar en te gespecifieerd. Al heb ik het helemaal zelf gekozen. Toenertijd ('k weet niet hoe het er nu aan toegaat) kreeg je het ene jaar de boeiende kant van de taalwetenschap: historische taalkunde, sociolinguïstiek (dialecten en jargons enzo), theorieën over het aangeboren taalvermogen enzoverder, kortom allemaal zaken waarvan ik niet kan begrijpen dat heel veel mensen het niet boeiend vinden. Eigenlijk vindt bijna niemand dit boeiend en toch, een paar weken terug sprak ik erover met een filosoof en ook hij vond dat leuk en las er wel es een boek over. Leuk. Het enige wat ik dan over zijn domein kon zeggen was: ik heb Das Kapital van Marx proberen te lezen en vond dat heel moeilijk. Jawel.
En dus die taalkunde: het ene jaar had iedereen die taalwetenschap volgde het uitermate amusant en het andere jaar werd het een zwoegen. Want dat ging dan over syntaxis en syntaxis is zinsontleding. Man, had je net die zware syntaxis in de kandidaturen doorworsteld kwamen ze in de licenties met de universele syntaxis! En niet een maar zoveel theorieën die je allemaal moest kunnen toepassen. Vooral het genie Chomsky was, eigenlijk, best wel, moeilijk. Als je weet dat zijn theorie de Transformationele Generatieve Grammatica heet dan weet je 't wel, want zelfs die term is moeilijk. We zeggen gewoon TGG in de vlotte mond. Toch ging dat niet altijd even vlot om te studeren. Ik begrijp nog altijd niet dat ik de TGG toen kon toepassen. En toch mis ik het.
Een paar jaar geleden kocht ik me een boek over de Algemene Taalwetenschap en heel af en toe kijk ik er es in, maar da's zo niet hetzelfde als die lessen bijwonen en te diep ingaan op iets dat niemand anders interessants vind. En dan lachen met iets dat niemand anders grappig vindt.
2 opmerkingen:
Ook heeft ollie jaren geleden zijn licentiaat gedaan , na twee geslaagde jaren stopte Ollie ermee omdat hij zich niet 'thuis' voelde in het onderwijs systeem ! Hij heeft het nooit beklaagd (misschien het vele verlof) en voelt zich veel beter!
Ja, not unfamilliar! Maar ik vond het het nog wel leuk en deej verder. :-))
Een reactie posten