Ooit schreef ik over m’n droomverjaardag. Ik overdreef natuurlijk wel lekker in m’n fantasie: Johnny Depp, Lenny Kravitz waren present (ik ben een Depp en Kravitz freak sinds m’n twaalfde, die liefde is nooit jamais geminderd. Na een Lennyconcert waarin hij onze handen raakte, speelden ik en een vriendin serieus met de gedachte die hand nooit meer te wassen. Like seriously), Stevie Wonder zong live voor me. En ik kreeg een gitaar van Prince.
In mijn fantasie ben ik lekker over de top gegaan - leuk toch? - maar het mooiste geschenk kwam ‘s nachts: inslapen en wakker worden met de hartslag van m’n allereerste liefde in m’n oor. Ik fantaseerde dit en tot mijn allergrootste verbazing kwam die fantasie weken later uit. Hoe verzin je het?
Een week geleden deed ik weer onnodig koppig aan de telefoon. “Je bent niet helemaal digitaal want op je verjaardag heb ik je het allermooiste geschenk gegeven.” Die onnozele koppigaard in mij wou dit niet toegeven. Liegen doe ik niet dus ik zei gewoon niets. Op sommige momenten lukt het me niet om de keiharde waarheid toe te geven, bijt nog liever op m’n tong.
Bij deze: het ìs het allermooiste geschenk, kan me geen mooier geschenk bedenken. Daar kan geen geld, geen kilo roereieren, geen Châteauneuf Du Pape, geen kaviaar, geen hazenrug, geen Tokioreis, geen safari, gewoon niets, niets, niets tegenop.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten