I have a thing for fashion, een zwak voor nice clothes. Maar ik heb definitely my own style die ik al jaren en jaren en jaren heb. Sommige mensen zijn zoals Woody Allen, ze veranderen nooit van stijl. I'm Woody Allen.
Wat kan je verwachten: veel zwart, een zwak voor leer, unisex accessoires en de boventoon is eenvoud. Eenvoud met een twist. Oh ja, en ik draag zwart, niet omdat het 'makkelijk' is, wel omdat het naar mijn gevoel het meeste klasse uitstraalt. Verder wens ik helemaal geen kledingtips uit te delen: ikzelf heb er een bloedhekel aan als mensen me willen bekeren tot meer kleur.
Voor ik aan m'n veertien favorieten begin, wil ik er volledigheidshalve aan toevoegen dat ik vandaag compleet ben weggeblazen bij de ontdekking van Josephus Thimister. Die man is al een aardige tijd bezig en toch ontdek ik hem nog maar net. Aan z'n talent zal het niet liggen, zelden zo onder de indruk geweest. Alleen is de ontdekking nog te pril om hem nu al bij m'n favorieten te plaatsen.
En dan nu mijn favoriete designers:
Martin Margiela: Martin on top. Martin has left the building since 2009 en alhoewel de collecties knap blijven mis ik toch z'n innovatieve conceptuele extra's die zo spraakmakend waren. In het verleden heb ik in een blog geschreven dat ik het vreselijk vind dat celebrities tegenwoordig met hun Margiela liggen te pronken omdat Margiela net draait om discretie. Ik moet daar een heel klein beetje op terugkomen: Jay-Z is zowat de enige celeb (naast Kate Moss natuurlijk) die het label correct draagt. Ik ben van mening dat je kleren moet dragen met respect voor de designer. Een Margiela ga je niet dragen zoals een flamboyante Fiorucci. It's just not right.
Ann Demeulemeester: m'n klerenkast hangt voor het overgrote deel vol met Demeulemeester en Margiela. Dat zijn dus ook de designers waar ik het eerst naar ren in de tweedehandswinkel. Ja, want nieuw koop ik het niet. Als ik moet kiezen tussen Demeulemeester en Margiela zal ik altijd wel Margiela op de eerste plek zetten maar daarna komt Ann toch wel. Haar pasvormen, die stoere vrouwelijkheid, het is prachtig en perfect. Bovendien: samen met Branquinho kan zij het beste broeken voor vrouwen ontwerpen. Die pasvormen, watertanden.
Yohji Yamamoto: alhoewel ik een grote fan ben van Yamamoto kan ik niet meer dan de eenvoudige dingen uit z'n sportieve Y-3-collectie dragen. Als je klein bent zoals ik word je al snel een clown in die kleren. Maar Yamamoto is een conceptuele meester, al decennialang. En 't is een knappe vent. Ja, dat ook nog.
Bernhard Willhelm: Bernhard Willhelms kleren lijken ondraagbaar op het eerste zicht maar als je ze aanhebt, man, toch! Een van de jammere dingen is dat het in België bijna onvindbaar is, en ik bedoel dan aan betaalbare prijzen. De stukken die ik van hem heb, behoren wis en waarachtig tot de hoogtepunten in m'n kleerkast. En ik vang er telkens weer complimentjes mee. Net zoals met Margiela.
Rei Kawakubo/Comme Des Garçons: van het laken eenzelfde broek als Yamamoto. Prachtig maar ik kan het niet dragen. Ik heb het al wel geprobeerd, hoor. Meermaals.
Haider Ackermann: Haider Ackermann gaat over laagjes en frutseltjes die zelfs kleine mensen zoals ik kunnen dragen. Altijd enorm inventief in z'n laagjes en frusteltjes. Zo van die kleren waar je twee keer naar gaat kijken, en hoe zit dat precies in elkaar? Nou, het is prachtig.
Jurgi Persoons: Jurgi was te eigenzinnig om een label draaiende te houden maar net daarom zijn z'n ontwerpen ook gewoon echt keigoed. Als ik een Persoons vind dat me past dan ga ik daar zelden twee keer over nadenken want zo'n unieke ontwerper kom je zelden tegen.
Rick Owens: Rick Owens is de man die leer nog het beste kan bewerken. En verder valt het me op dat hij heel sterk bij Haider Ackermann aanleunt. Ach wat, ik hoù van beiden.
Alexander McQueen: ik heb nog nooit een stuk in bezit gehad van Alexander McQueen. Ik vind het prachtig maar het lijken me van die kleren waar ik zelf voor geen meter mee sta. Daarvoor was het me net iets over the top. Maar Alexander was briljant, ik weet niets anders dan dat ik hem altijd al briljant heb gevonden. De modewereld heeft met hem een groots, heel groots talent verloren.
Veronique Branquinho: ik grijp eerder naar een Demeulemeester dan naar een Branquinho omdat Branquinho me net iets te vrouwelijk is (haha), maar eerlijk is eerlijk, het meeste heb ik van Margiela en Demeulemeester en daarna van Branquinho. Haar broeken kan je welhaast blindelings aanschaffen, die zitten perfect, en verder hou ik van haar jasjes, haar vestjes, haar topjes. Haar truitjes.
A.F. Vandevorst: een label waar ik een beetje mee moet oppassen omdat het niet altijd even goed staat bij kleintjes en ook hun kleurgebruik flatteert m'n huidskleur niet altijd maar als het gaat, aanschaffen die boel. Destijds hadden ze een tijdelijke shop in Antwerpen en ik kwam er dan langs met m'n versleten schoenen van Vandevorst. De ontwerpers waren zelf ook in de winkel en ik vraag me af wat er toen door hen heen ging: "Hé wat leuk, ze draagt onze schoenen. Maar man, wat zijn die versleten!"
Nicolas Ghesquière for Balenciaga: ik heb jaren geleden (tweedehands, as usual) wat gekocht van Balenciaga maar alhoewel ik het nog steeds mooi vind, zou ik dat nu niet meer zo snel doen. M'n stijl is een beetje anders geworden. Wat totaal niks af doet aan die prachtige kleren.
Christopher Bailey for Burberry Prorsum: ook nog nooit iets in bezit van gehad omdat ik ook niet echt denk dat het mij staat. Wel heb ik zo eens een klassieke Burberry trenchcoat (wat natuurlijk iets heel anders is dan hun Prorsum collectie) na drie dagen omgeruild voor een Branquinho. Ik vind het knap maar het is mijn stijl niet.
Stephan Schneider: met Stephan Schneider ben ik echt begonnen met designerstukken op een goedkope manier te scoren. Aanvankelijk droeg ik dus ook bijna uitsluitend Stephan Schneider. En bijgevolg dus ook meer kleur. Tegenwoordig draag ik het minder maar ik krijg nog steeds complimenten als ik weer eens een stuk uit de kast trek. Niet onterecht, weet je wel.