Ik heb nooit een eetstoornis gehad in de ‘klassieke’ zin, nooit anorexia, nooit boulemia maar wel jarenlang een eetstoornis. Tijdens mijn studentenjaren. Plots, ik deed er geen moeite voor, viel ik 10 kilo af toen ik van Antwerpen naar Gent ging. Het pubervet verliezen ofzo. Ik heb in Gent gestudeerd, faculteit Letteren en Wijsgebeerte: Germaanse. Ik had het ‘geluk’ om er geweldige profs te hebben die me hebben gevormd. En ook het ‘geluk’ om er een geweldig lief te hebben die me ook heeft gevormd. Naast natuurlijk zoveel andere mensen die ik in m’n vorig blogbericht ‘Teachers’ heb vernoemd. Maar ik zat dus in Gent met een joekel van een eetstoornis.
Iedere dag stond ik ‘s morgensvroeg op de weegschaal en als ik een halve kilo was bijgekomen was m’n dag verpest. Ik weet nog precies wat ik at om niet bij te komen. ‘s Morgens een appeltje, daarna om de twee uur tussen 10 uur en 18 uur: een snee boerenbrood met Philadelphia. Of een chocolate chip koekje. ‘s Avonds een mini pizza of een fishburger met tartaar van frituur De Frietketel. Om de twee uur, klokskag. Als ik meer dan dat at, was ik in paniek. Op den duur woog ik tussen 38 en 40 kilo. Boven de 40 gaan, was een ramp. Ik ben klein maar zelfs voor m’n lengte was m’n BMI te laag.
Oh ja, ik at ook veel rijsttaartjes, die ging ik halen bij een bakerij in de straat die de grootste dikste lekkerste rijsttaartjes verkochten en ik was er als kind aan huis. Die dame, die lieve dame was een soort kotmadam. Urenlang sprak ik met haar over m’n besognes van de examens. Na m’n studentenjaren heb ik haar een roos gegeven, om haar te bedanken.
Daarna stapte ik over op een andere eetstoornis: enkel biologisch food. Veel linzen, kikkererwten. Nadien werd het helemaal dramatisch: veel witte suiker en frieten. Mijn eetpatroon was rampzalig. En wat dronk ik: thee, water, rode wijn en whisky (ik rookte ook sigaren, dat mis ik soms wel, een fijne sigaar met een glas goede whisky). Geen klassieke eetstoornis, het was wel een eetstoornis: dwangmatig op de weegschaal staan, fanatiek op je gewicht letten.
Pas toen ik weer van Gent naar Antwerpen verhuisde, heb ik mijn weegschaal uit de deur geshot. Tot vorig jaar heb ik geweigerd om nog op een weegschaal te staan. Buiten een doktersbezoek. Mijn gewicht wou ik niet weten.
Nu durf ik weer op de weegschaal te staan, al heb ik er nog altijd moeite mee.
Vandaar: of mensen nu dun zijn of dik, omarm jezelf want ik wéét wat het is om dwangmatig op je gewicht te letten.