donderdag 28 januari 2010

30 jaar kinderen voor kinderen (2)

Dankzij de anderhalf durende Kinderen Voor Kinderen-feestaflevering ben ik nog helemaal ondergedompeld in de Kinderen Voor Kinderen-sfeer en heel eerlijk, ik mis het wel. Net zoals die magische oude Disney's in de cinema op het Astridplein. Ik weet wel dat het programma er nog steeds ieder jaar weer is maar 't zelfde is het niet. Dat kan natuurlijk ook niet, de jeugd is veranderd. Waar ze vroeger klungelige minimale danspasjes uit de maat opvoerden (dat je dacht van: "Misschien is het beter als je gewoon stilstaat.") lijken het nu bijna allemaal professionele dansertjes te zijn. En 't moet allemaal zo hip, kinderen hoeven toch niet hip te zijn, hip zijn is meer iets voor tieners. Ook tekstueel vind ik het niet meer zo bijzonder, het zijn gewone popliedjes geworden en de sterkte van Kinderen Voor Kinderen was nu net dat het tekstueel van literaire kwaliteit was. Liedjes waar jong en oud van konden genieten omdat ze gewoon zo clever waren. Het goede doel is er ook niet meer, het lijkt net of de inhoud verdwenen is en het om een gewoon hip kinderpopconcert gaat.
De Kinderen Voor Kinderen hype is al heel lang verdwenen. In Nederland is het lang niet zo populair meer als vroeger en in Vlaanderen was de hype al gaan liggen rond '91, toen het verdrongen werd door Samson en Gert enzo. Maar ongeveer tien jaar lang was het ook bij ons ontzéttend populair: op elk verjaardagspartijtje, kinderbijeenkomst weerklonk dat Nederlandse koor, en we zongen de liedjes natuurlijk ook zelf, de soundtrack van onze kinderjaren ofzo. En ieder jaar was het weer een feest als het eindelijk op televisie kwam. En de dagen daarna spraken we op school over de liedjes. Ik vermoed dat daarin ook een deel van het succes aan te wijten is, naast het goede doel, de sterke teksten, het kinderkoor, was het ook slechts eenmaal per jaar nog geen vol uur lang te bekijken. Je kon het moeilijk moe worden, integendeel, je wou dat het vaker op de buis kwam.
Ik vermoed dat bijna elke begin veertiger, dertiger, eind twintiger wel es een Kinderen Voor Kinderen liedje heeft geplaybackt. Het allereerste dat ik vertolkte was Kriebeltrui, ik was vijf en won meteen een derde prijs. Leuke herinnering.
Ik mis de magie van het vroegere koor wel een beetje. Maar misschien ben ik er nu ook weer te oud voor geworden en vinden de Nederlandse kindertjes van nu (zij die het trouw bekijken) het net zo magisch als ik toen. Ik hoop het voor ze.







woensdag 27 januari 2010

30 jaar kinderen voor kinderen

Voor de nostalgici onder ons: een leuke Kinderen Voor Kinderen- aflevering waarin de voorbije 30 jaar afleveringen passeren. Ook leuk om es te zien hoe die schattige kindertjes van toen zijn opgegroeid, als je ze herkent (ik ben blij dat ik de volwassen versie van Arjan en Bennie heb gezien, want voor hen had ik toch wel een zwak. Oh ja, en het is natuurlijk schitterend om dat Op Onbewoond Eiland-meisje te zien, die nu ondertussen al vier kinderen zou hebben).
De uiteindelijke winnaar van het beste Kinderen Voor Kinderen-lied lijkt me wel terecht (alhoewel ik Als De Lichtjes Doven het mooiste vind): iedereen kent het, het heeft nog steeds succes en ik ga er spontaan van lachen.

(fragment uit de De Wereld Draait Door over Kinderen Voor Kinderen, grappig om te zien dat het toenertijd echt wel leefde onder de mensen. Ik ben afgehaakt na de 12e maar de eerste tot de 11e kan ik nog altijd woord voor woord meezingen)


Get Microsoft Silverlight

dinsdag 26 januari 2010

subcult

Mensen in hokjes verdelen, heerlijk af en toe. De subculturele groepen die ik door en door ken zijn de kakkers, de bourgeois bohémiens en de intellectuele kunstsnobs. En die ga ik nu kort even toelichten.
Eerst: de kakkers.
Kakkers zijn wellicht al bekend: polo'tje en kraagje omhoog. Mijn kakkerconnectie is dat ik tot m'n vijftiende in het milieu zat. En wellicht zelf zo gekleed ging. Ik denk dat ik zelfs een tijdje Rechten wou gaan studeren in Leuven. Ja, dus. Ik heb wel wat vrienden die voorheen kakker waren, of nog steeds zijn, of zelfs kakker bohemien zijn geworden, ach wat. Ik ga niemand vies bekijken omdat die toevallig Ralph Lauren draagt. Je treft ze aan op het Zuid en Van De Mechelsesteenweg tot de Tentoonstellingswijk. En natuurlijk traditioneel in Brasschaat, Schoten, Schilde. En Knokke.

Dan: de bourgeois bohémien.
Ik ben zelf niet echt een bourgeois bohémien, ook nooit geweest. Als ik iéts zou zijn dan is het een arty farty intellectuele kunstsnob: zwart dragen en Andy Warhol enzo. Heerlijk. Maar nu dus de bourgeois bohémien.
Zodra ik de poort van de Dames (toenertijd een strenge uniformschool voor meisjes) achter me trok voor de Steinerschool ging ik van hét kakkersmilieu naar dé bourgeois bohémiens, de zogenaamde middenklasse hippies. Veel van m'n vrienden zijn bobo's: hooggeschoolden en kunstenaars/artiesten die tweedehands en ethisch kopen. Ik denk dat de meeste bobo's niet eens beseffen dat ze het zijn want 'bourgeois' is voor hen een scheldwoord: een kakker is zogenaamd bourgeois. Op het Zuid, Antwerpen Noord, Borgerhout intra muros en 't Zurenborg wonen hele volkstammen bobo's. En ze maken vele reizen, naar overal.

En dan mijn groepje: de arty farty intellectuele kunstsnobs. Intellectueel mag je gerust laten vallen, al lezen wij wel goede boeken, en kennen de juiste kunstenaars en regisseurs. Ik zou mezelf niet echt arty farty noemen maar ik weet wel dat ik serieus zo kan overkomen met mijn voorbeeldige boekencollectie en mijn zwarte conceptuele kledij. En tevens draag ik af en toe een Andy Warhol-badge, kan je nagaan. Wij houden van de Belgische ontwerpers, design, moderne en postmoderne kunst, independent movies, Parijs, brasseries, jazz en goede wijn. En je vindt ons op het Zuid. Of in Parijs.


maandag 25 januari 2010

checklist: ben je een typische Antwerpenaar?

Vandaag las ik een klein artikel over onze attitude tegenover Vlaamse en Nederlandse dialecten. Het Antwerps werd het meest en het minst gewaardeerd: Antwerps uit de provincie vond men mooi en verstaanbaar, het Antwerps uit de stad Antwerpen hooghartig, grof en plat. Oud nieuws dus. Binnen de Nederlandse dialecten werd het Haarlems het meest gewaardeerd door de Nederlanders en het Amsterdams het minst (met dezelfde verwijten die men het Antwerps maakte). Alhoewel ik zelf ben opgegroeid in de stad Antwerpen, dus echt van 't stad, vind ik van mezelf niet dat ik een typische Antwerpse mentaliteit heb. Net daarom leek het me leuk om es een checklist van eigenschappen samen te stellen die een typische Antwerpenaar (van de stad en de randgemeentes) zou moeten hebben.

-chauvinistisch: aan het chauvinisme herkent men de Antwerpenaar.
Ik denk dat zowat élke Antwerpenaar een chauvinist is. Wat er in de rest van Vlaanderen buiten de stad Antwerpen en haar randgemeentes gebeurt interesseert hen niet. Antwerpenaren zijn er trots op Antwerpenaar te zijn en steken dat nooit onder stoelen of banken. Bijgevolg vinden ze alle andere plekken in Vlaanderen minder en zullen ze dat, tot ergernis van de andere Vlamingen, ook niet onder stoelen of banken steken. Volgens de Antwerpenaar loopt de nulmeridiaan over de Groenplaats. Ik moet bekennen dat ik zelf een echte Antwerpse chauvinist ben.


-assertief: een Antwerpenaar is rad van tong, komt voor z'n mening uit en kan scherp, humoristisch uit de hoek komen. Men denke aan Bart De Wever. Ik heb nog maar weinig Antwerpenaren gekend die niet over humor beschikken, zwanzen in het Antwerps. Wat echt typisch Antwerps is is dat men onbekenden nogal snel aanspreekt, iets wat ik miste toen ik nog in Gent studeerde. Een Antwerpenaar die om een woord verlegen zit zal men niet zo snel aantreffen. Alhoewel ik zelf nogal snel een 'klapke doe' tegen onbekenden zou ik mezelf niet assertief durven noemen.

-klagen over Antwerpen maar tegelijkertijd heel gevoelig voor kritiek op hun stad door buitenstaanders: alhoewel Antwerpen een fijne stad is om te wonen hoor je Antwerpenaren onderling voortdurend zagen alsof ze in de meest ellendige stad van de hele wereldbol wonen. Een voorbeeld: toen de Leien nog niet opengegooid werden was men aan het klagen dat de Leien dringend aan vernieuwing toe was want dat de kasseien eigenlijk niet meer konden. En toen men er eindelijk iets aan ging doen was men aan het zagen over de werken op de Leien. Antwerpenaren zagen. Maar o wee als jij als niet-Antwerpenaar kritiek op hun stad durft te uiten. Dat is not done. Ik ben zelf niet zo'n Antwerpse klager maar ik kan niet tegen kritiek op mijn stad.


-altijd en overal Antwerps praten: een Antwerpenaar praat Antwerps, ook tegen een Nederlander die hem wellicht niet zal verstaan. Andere Vlamingen die zelf moeite doen om verstaanbaar over te komen kunnen zich daar absoluut aan ergeren, aan die Antwerpenaar die met zware Antwerpse tongval iets over hun mild accent zegt. Als een Antwerpenaar zegt dat hij het helemaal niet hoort dat je van een bepaalde streek buiten Antwerpen komt bedoelt hij dat als een groot compliment. En verder zal hij geen moeite doen om je accent correct te lokaliseren. Ik praat wel overal met een Antwerpse tongval, alleen is die niet zwaar bij me.

-joviaal: dat wordt wel vaak vergeten als men het over Antwerpenaars heeft. Een Antwerpenaar is joviaal, doet graag en gemakkelijk een klapke en zal op café een onbekende trakteren omdat die voor even 'zijne maat' is. Een Antwerpenaar op café achter een bolleke (Antwerps pintje) zal doen alsof je zijn beste vriend bent, ook al kent hij je niet. Ik vind dat wel een leuke Antwerpse eigenschap, dat iedereen zo gemakkelijk met elkaar omgaat. Gentenaren kwamen mij veel afstandelijker over, toen ik daar woonde (natuurlijk had je uitzonderingen). Je kan mij gerust wel joviaal noemen.

-komt te snel en te ongenuanceerd voor z'n mening uit: en daar heb je het. Ik denk dat de reden waarom het Vlaams Belang zo'n succes heeft in Antwerpen aan die eigenschap ligt, de problemen die Antwerpenaren hebben om nuances te leggen. Dat kan ze onverdraagzaam maken of net kritiekloos verdraagzaam. Het Vlaams Belang en de 0110-concerten zijn echte typische Antwerpse fenomenen. Voor een Antwerpenaar is het wit of zwart en als je beweert dat het grijs is ben je aan het zeveren. In Antwerpen kan men je het ene moment prijzen alsof je het allerbeste bent wat de aarde ooit heeft voortgebracht en het andere moment kan men je volledig uitschijten omdat je niet snel genoeg bent. Dat is Antwerpen en voor niet-Antwerpenaren zal het misschien wel moeilijk zijn om zich aan die mentaliteit aan te passen. Ik denk dat ik wel redelijk snel voor m'n mening uitkom maar achteraf ga ik wel nuances leggen.


een groot ego: dat hoeft niet persé negatief te zijn. Ik bedoel er eigenlijk mee dat een Antwerpenaar niet zo snel over zich heen zal laten lopen, hij is niet bepaald een muurbloempje. Met veel tam tam zal hij duidelijk maken wat hem toekomt, wat hij denkt dat hem toekomt, en een Antwerpenaar is eigenlijk best wel veel veeleisend. En als het hem niet aanstaat zal je dat in duidelijke onverbloemde taal te horen krijgen. Maar als het hem wel aanstaat ben je meteen zijn beste vriend. Ik denk niet dat ik een groot ego heb.

Zo, ik denk dat ik de typische Antwerpse eigenschappen heb vermeld. De zogenaamde grote bek past onder de assertiviteit, het feit dat ze snel en ongenuanceerd voor hun mening uitkomen en het grote ego. De dikke nek, arrogantie valt deels onder het chauvinisme, het feit dat ze overal Antwerps praten, de snelle ongenuanceerde mening en het ego dus.
Van de zeven typische Antwerpse eigenschappen beschik ik er over twee (chauvinisme, jovialiteit) en de rest niet of vaag. Ik ben dus geen typische Antwerpenaar maar zeker wel een Antwerpenaar.



donderdag 21 januari 2010

tv child stars count down

5. Luke Brower
We were like 'Who's he? Who's he?' when he first appeared in Growing Pains. Seven years later L-e-o-m-a-n-i-a all over the world.



4. Sam Micelli - Who's The Boss?
Alyssa Milano. I wonder how young Joey Tribbiani would pronounce it.


3. Michelle Tanner - Full House
Full House was extremely popular because millions of people stay tuned just to watch uncle Jesse on tv and the other part wanted to see cute little Michelle. But nobody thought it was a great show.


2. Rudy Huxtable - Cosby Show
As a little child people always said that I looked like Rudy Huxtable. Even then I knew it was a compliment.


1. Kevin Arnold - The Wonder Years
30 minutes a week on air, every minute of the week in our minds. Yeah, we loved him.


dinsdag 19 januari 2010

most annoying fictional characters count down

5. Brenda Walsh (most annoying in the second and third season of) - BH 90210 (but the funny thing is, actually, in spite of that, I'm very fond of her):
There's a reason why Dylan chose Kelly over her.


4. Marissa Cooper - The O.C.
Do the right thing? No, she always did the wrong thing. And not in a funny way.


3. Screech Powers - Saved By The Bell
Supergeek who cannot be for real (annoying Screech appears at 1 min).


2. Jar Jar Binks - Star Wars: I, II and III (especially annoying in I: The Phantom Menace)
Notorious for being easily the most annoying character in a movie. Hands down.


1. Steve Urkel - Family Matters (and some cameos in other shows)
He's there to get on everybody's nerves. And that means yours and mine and everybody's on every show he has been.


zondag 17 januari 2010

zaterdag 16 januari 2010

valley girls and booty pimps

Ik heb eigenlijk een taalkundige achtergrond, ben een filoloog. En dat is ongelooflijk cool om dat hier te kunnen schrijven. Het klinkt gewichtig, niet? Taalsystemen, -registers boeien me wel, voornamelijk die van subculturen. En ik maak er een sport van om me daar zélf in te bekwamen. Valspeak (taalgebruik uit de San Fernando Valley in en rond L.A. 'That's like so awesome, dude') heb ik min of meer schriftelijk onder de knie en nu probeer ik me te bekwamen in de Ghetto speech (whut? wassup girl! you was doin' it fuh da benjamins. ma crooklyn ass ain't no joke!'). Je vraagt je af waarom. Easy: it sounds way cool en ik wil way cool kunnen schrijven.


Ricki Lake, sensatie talkshow (ik kon natuurlijk wel een hiphop clip plaatsen maar dit voorbeeld leek me net iets meer verstaanbaar)


donderdag 14 januari 2010

Japan! Brazil!

Je hebt mensen die kost wat kost naar India willen, je hebt mensen die hét àlles in Canada zien, als je zo'n beetje met mensen praat krijg je wel es af en toe van die dingen te horen als :"Ik ben hélemaal weg van Zweden, man!". Mensen die Zweden nog nooit hebben bezocht maar wel fanatiek de cultuur en de taal bestuderen.
Ook ik behoor tot dat soort mensen. Niet wat Zweden betreft (al heb ik wel de cultuur en de taal bestudeerd), ik ben een Japanofiel die nog nooit in Japan is geweest en een Brazilofiel die nog haar eerste reisje Brazilië moet meemaken. Niet een maar twee landen dus. Je crusht niet zomaar big time op een land "I'm like totally in love with Wales. Why? Why not?", er is altijd een aanleiding, een hobby, een interesse.
Brazilië begon voor mij meer dan zomaar een Zuid-Amerikaans land te zijn bij de ontdekking van de Bossa Nova in m'n studententijd. Ik gìng voor Bossa Nova: Jobim werd bijna mijn George Clinton, mijn Prince, mijn Bach, een muzikaal genie. Bossa Nova was maan-den-lang dé muziek voor mij en het duurde niet lang of ik werd ook helemaal verliefd op de zachte klanken van het Braziliaans Portugees, en probeerde ik het mezelf aan te leren (die poging werd algauw gestaakt wegens examenperiode). Na de liefde voor de muziek, de liefde voor de taal, kwam de liefde voor het land. Meermaals per jaar zit ik op het internet te surfen naar vrijwilligersorganisaties waardoor ik maandenlang in Rio de Janeiro zou kunnen verblijven. Want het moet wel Rio zijn.


Japan groeide pas twee jaar geleden uit tot een voorliefde, al hield ik al geruime tijd van Japanse modeontwerpers, Japanse moderne/hedendaagse architecten en fascineerde Tokyo me: de moderne stad in Blade Runner is gemodelleerd naar een district in Tokyo and everybody knows I Love Blade Runner. De aanleiding van mijn Japanofilie vormt nu net de reden waarom een grote kern van ons, Japanofielen, niet serieus worden genomen. Jaja: animé en manga. Dat anti- Wapa-/Blapanese mensen zich aan ons ergeren kan me weinig tot helemaal niets schelen. Animé en manga zijn fun! En ze hebben me bovendien aangezet om over Japanse cultuur en geschiedenis te gaan lezen. Kom me niet vertellen dat dat slecht is.


Ziezo, het verhaal van manga, animé en Bossa Nova. En ja, dat klinkt best wel lekker.

dinsdag 12 januari 2010

wapanese blapanese

Here's my fellow Blapanese guy (Wapanese/Blapanese: a white/black japanophile, they tend to like JPop (Japanese popmusic) and/or anime and/or manga). Some people hate us for being really fond of Japan but to be honest, we don't care about that.

Ajersson uit Portugal

Het is veilig om over hem te bloggen want de kans is klein dat hij dit ooit leest of te weten komt. Ajersson. Ajersson dus uit Portugal. Oorspronkelijk kwam hij uit Kaapverdië (hij had daardoor Creoolse trekken zoals, zucht, zoveel Brazilianen) en daarna woonde hij jarenlang op het Iberische schiereiland. Wel, die Ajersson uit Portugal paste mooi in m'n rijtje van jongens waar ik sinds - ik kan me de sinds zelfs niet meer herinneren - een zwak voor heb: too sweet en zo niet voor mij. Maar dat laatste wist ik toen niet, of toch wel: ik was zijn leerkracht. Vooraleer er iemand mij van verwerpelijke ideeën wil betichten: ik wil erbij vermelden dat ik toen les gaf in het volwassen onderwijs. Ajersson was weliswaar jonger dan me maar niet zoveel dat het pervers zou zijn van mijn kant.
Een voordeel van lesgeven aan anderstalige beginners is dat ze geen woord van je snelle conversatie verstaan. Ik kon gerust, met Ajersson naast me, blijven doorgaan over hoe aantrekkelijk ik hem vond en dat ik constant op m'n tanden moest bijten met hem voor me. Dat deed ik dan ook "Hij verstaat het toch niet, hoor." En dan zag je hem nieuwsgierig kijken: "Waar hebben ze het toch over?". Ajerson zag eruit als een model, rook bedwelmend lekker, was ijdel, een strever (hij haalde de hoogste punten en hij werkte ervoor want hij wilde in België gaan studeren) en ontzettend aardig. Daar ben ik heel zeker van.
Na een korte vakantie bleef hij weg uit m'n lessen. Ik vermoedde dat hij ondertussen doorhad dat z'n leerkracht gewoon op hem - laten we het gewoon bij z'n naam noemen - lag te geilen en hij zich daar ongemakkelijk bij voelde. Aanvankelijk dierf ik hem dus ook niet te bellen want die reden wou ik niét te horen krijgen. Na een maandje moest ik hem toch opbellen en kreeg ik een vrouw aan de lijn die me vertelde dat hij terug naar Portugal was. Zijn ex-vriendin bleek zwanger te zijn en hij ging samen met haar een gezin proberen te stichten. Ik vroeg haar om nog de groeten van me over te brengen en dat zou ze doen. Ajersson was lief.

Kort nadat ik het eerste deel van m'n bericht schreef heb ik geprobeerd om Ajersson op het internet terug te vinden, al was het maar om de juiste schrijfwijze van z'n naam. Ik wist dat hij toenertijd heel veel op hi5 zat dus kon ik hem via dat kanaal makkelijk traceren. Blijkbaar heeft hij inmiddels Portugal achter zich gelaten: hij woont nu in Las Cruces in New Mexico, V.S. . Niet echt een plek waar er veel Europese toeristen te vinden zijn.

zaterdag 2 januari 2010

movie love

Ik denk dat het een vrij algemeen gegeven is: verliefd worden op een film. At first sight weet je: da's de film! De film die ik al zo lang wou zien. Het is vaak onverklaarbaar, de film hoeft zelfs niet van hoge artistieke waarde te zijn, hij hoeft zelfs niet in je top 10 beste films allertijden voor te komen, hij kan dik rammelen en toch, en toch weet je: jij, jij bent mijn film.
Mijn instant love films zijn: The Breakfast Club, Clueless, Welcome To The Dollhouse, What's Eating Gilbert Grape?, The Sound of Music, Blade Runner, The Big Lebowski, The Never Ending Story, 5 Centimeters Per Second, Sin City (ik heb de comic nu in huis gehaald) en de animé serie Fruits Basket. En verder probeer ik ook élke versie van The Wizard of Oz in huis te halen, wat niet zo eenvoudig is.
Mijn instant love films bekijk ik minsten een keer per jaar weer opnieuw, al was er een jarenlange periode waarin ik What's Eating Gilbert Grape? bijna maandelijks bekeek. Bijna maandelijks! Onlangs heb ik weer The Sound of Music en Clueless bekeken, je weet perfect wat er gaat gebeuren, hoe de personages zullen reageren, welk sfeermuziekje er zal volgen en toch blijf je genieten. Het is iets magnetisch, iets warms. Mijn films.

vrijdag 1 januari 2010

nieuwjaarspost

Heerlijk, oudjes posten, op het nieuwe jaar:










en: