zondag 21 november 2021

underdogje

 Een underdog. Ik word vaak onderschat, vraag me niet wat ik ervan vind. Ik zou dus niet kunnen fietsen. Wtf? Ik reed vroeger tijdens de zomer twee keer per week van de Jan Van Rijswijcklaan naar Aartselaar en terug. Op de fiets. Naar de atletiek. Hoezo ik kan niet fietsen? Mijn ouders hebben me leren fietsen, op den dijk in Knokke. 

Met foto’s heb ik moeten aantonen dat ik ooit aan windsurf deed. « Jij? Windsurfen? Ik geloof dat niet! » « Kijk! »
Zeilen was de eerste instap. Op vakantie genoot ik van elke ochtend te gaan zeilen, het was meer helpen dan echt zeilen. Voor een Bloso sportkamp koos ik ‘zeilen’. Viel dat tegen. Als kind leer je het in een optimist. Alles viel tegen: de optimist, de lesgever, het publiek, de theorie. Niet lang geleden ontdekte ik bij toeval dat ik toen alsnog m’n eerste graad Zeilen er heb behaald. Zeilen is leuk, maar niet in een optimist. 
« Dan ga ik windsurfen. » en dàt werd een passie. Iedere vakantie deed ik aan windsurf. Ik mis het nog steeds: op je plank het water opgaan, de wind voelen, welke koers gaan we varen? Op taalkamp (het was een taalkamp met windsurfen) waren de zogenaamde leerlingen sterker op de plank dan onze surfleraar. « Is hij alweer in het water gevallen? Kom, we surfen door. » 

Mijn ouders hebben me nooit onderschat: « Je kan het! » Ik was zo angstig om op die brommer te stappen op m’n zestiende verjaardag. « Ge kunt da! » En ik kon het, en hoe. Een accident kwam er wel omwille van overmoedigheid maar de automobilist met wie het accident gebeurde was nog overmoediger. Hij maakte een onverwachtse manoeuvre, ik botste tegen hem aan, vloog over m’n stuur. Zijn verzekering betaalde me een nieuwe brommer. 

Het is beledigend om iemand te onderschatten.

Just in case: ik vind PETA belangrijk. 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten