dinsdag 19 oktober 2021

onbewust luxury dineren in Tokio

 Ik ga hierna verder met m’n olijke reeks. Na dit ‘Wie is Katie?’ typisch verhaal. 
Noem me naïef, hoofd in de wolken. Er is een réden waarom m’n eerste vaste vriend in mij een Elin uit Fucking Åmal zag, m’n moeder me een Amélie Poulain noemt. Naïviteit. 

Op m’n tweede trip in Japan, Japan en Zuid-Korea combineerde ik, wou ik het cheap houden in Japan. M’n vlucht van Seoul naar Tokio had ik gemist - bizar verhaal - onnodig geld uitgeven zat er niet meer in. Het lukte me aardig: geen resto, eten kopen in de plaatselijke shop. Het goedkoop houden ging me vrij goed af, tot de laatste dag, in de Ryokan. 
Weet je, dacht ik, laten we es naar Ginza gaan. Een dure wijk in Tokio. In Ginza gaf ik me de ogen de kost, de meest chique wijk die ik ooit zag. Chique én prachtig. Daarnaast had ik me voorgenomen om die laatste avond in Tokio uit eten te gaan. 
De naïviteit ten top ging ik in de straat van al die luxury winkels uit eten. Én wou persé kobe beef. 
Twijfelen uit twee restaurants, oké daar ga ik heen. 

De service was fantastisch, meerdere serveersters aan m’n tafel die me op m’n wenken bedienden. Op dat moment stelde ik me er geen vragen bij, het is Japan. Ook stelde ik me er weinig vragen bij in een soort privéhokje te zitten. Dit zouden ze in België ook moeten hebben, ging er door me heen. 

De rekening was heel prijzig, zelfs toen geen vragen: kobe beef. Om eerlijk te zijn, heb ik zelden zoveel betaald maar bazuinde nadien rond: “Voor kobe beef betaal je wat.”

Meerdere pogingen gedaan het restaurant op internet weer te vinden, gisteren alweer een dappere poging gedaan, gevonden en geschrokken. Het was luxury dinner. 
Rangetsu of Tokyo, in Ginza. Iedereen zou ik het willen aanraden maar weet, anders dan ik toen, waar je aan begint. 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten