maandag 5 maart 2018

Een stripfanaat over haar liefde voor de negende kunst

Lange tijd zag je in vele stripwinkels in Antwerpen of Brussel een klein Afrikaans meisje met een bos oncontroleerbaar haar snuffelen door de afdelingen aldaar. Ja, ik dus, ik ben er inderdaad zo eentje. Zo’n stripfanaat. Haast iedere week ging ik op zoek in stripwinkels. Ik hou gewoon van strips, stripwinkels. Dat gaat van Suske en Wiske naar Thorgal naar gag-strips naar traditionele manga naar graphic novels in al z’n Franse, Japanse, Amerikaanse en nog meer uitingen.
Als allesvretende qua strips heb ik me nooit gespecialiseerd in een genre. Door al de jaren net van veel wat opgepikt.
Al, al zou ik graag m’n voorkeur willen uiten voor graphic novels. Zeg maar, het duurdere maatje van de traditionele strip/traditionele manga die net zoveel kosten als een literatuurwerk (geen pocket) en je 10 keer sneller leest dan een literatuurwerk. Je betaalt 15 euro en het is in 2 uurtjes uitgelezen.
Doch, het genot bij het lezen kan je niet vergelijken met een literair werk, noch met het genot een film te bekijken. Het is een aparte onvergelijkbare kunst. Het is het genot van het beeldverhaal. Apart dus.
(En - even tussendoor -  ik als iemand die veel van Japanse cultuur houdt, wat zelfs een understatement is - wil graag benadrukken dat manga gewoon strip betekent en animé animatiefilm in het Japans. Je hebt dus ook Japanse grahic novels en een animé kan best gewoon een animatiefilm zijn)

Als film de zevende kunst wordt genoemd, is mode misschien de achtste kunst. Laten we graphic novels dan de negende kunst noemen.
En Graffiti wordt de tiende etc.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten