dinsdag 3 maart 2009

portret van een culturele snob

Van alle snobismes meen ik het culturele snobisme eigenlijk het allerleukste te vinden. Waarom? Omdat het een hele lifestyle omvat en zo elitair is dat het eigenlijk verboden zou moeten worden. Cultureel snobisme is het übersnobisme: evenals geldsnobs zijn culturele snobs ook dol op statussymbolen, maar dan mag het enkel gaan om verdoken statussymbolen die alleen de kenners, insiders herkennen. Evenals intellectuele snobs houden culturele snobs ook van intellectuele prestigieuze begrippen, ideeën, ideologiëen en obscure Russische werken, evenals culinaire snobs reageren ze geshockeerd als hun tafelgenoten, etiquetteregels met de voeten betreden en de juiste wijn bij het eten vinden ze ook zo ontzettend belangrijk. Daarnaast gaan ze naar het betere theater, de betere film,... En ze praten geaffecteerd. Hoegenaamd, culturele snobs zijn zich vaak niet eens bewust van hun snoeverij, want immers, alleen zij doen het zoals het hoort.

Een portret:

Na de beschermde ASO/VWO-richting trekt onze culturele snob naar een oudere traditionele universiteit alwaar hij een richting zal kiezen die hij zal volgen meer omwille van intellectuele motieven dan om wat er later op zijn salarisbriefje zal staan (met economiestudenten en rechtenstudenten, de geldsnobs, die later echter veel meer dan hen zullen verdienen, wordt gelachen). Filosofie is een typische richting. Geschiedenis ook. Maar eigenlijk elke richting die men kan volgen in de Faculteit der Letteren en Wijsbegeerte /Geesteswetenschappen. Het reservaat.

Niettengenstaande de volkomen wereldvreemdheid voor het grootste gedeelte van het academiejaar is het net in die studententijd dat de culturele snob voor het eerst in contact zal komen met de doornsee Jan, namelijk tijdens de studentenjob. Wat hen in de meeste gevallen zal uitlokken tot de volgende uitspraak, een uitspraak die bijna elke student zal uiten na zijn werkervaring bij de doorsnee Jan: “Het was een rijke ervaring want nu weet ik wel waarom ik studeer.” Zelf hebben ze niet eens in de gaten hoe degoutant die uitspraak wel klinkt, nee integendeel: hun werkervaring heeft hen een nieuw inzicht bijgebracht (dat ze het leven van de doorsnee Jan niet willen). Wat aandoenlijk.

Wat culturele snobs bij uitstek typeert is hun hekel aan het populisme. Ze zijn links: socialistisch, groen, heel soms zelfs communistisch, maar aan Steve Stevaert, dé populairste socialist, hebben ze een hekel, want da’s een populist. Ze hebben dus een hekel aan het populisme en bij uitbreiding alles wat heel populair is en/of een uiting is van onze kapitalistische consumptiemaatschappij: fastfoodketens, populaire Hollywoodfilms, strandvakanties,... Ook aan televisiekijken doen ze niet, tenzij het Canvas/Nederlands 3 heet, en als je ze al eens betrapt op het bekijken van populaire televisie (bv Big Brother) dan is dat ironisch bedoeld, om met de mensen te lachen of omdat het Big Brother- gegeven een interessant fenomeen is. Op die manier lezen ze ook de Story, Dag Allemaal, Het Laatste Nieuws,... ironisch.

Een culturele snob denkt tolerant, multicultureel, voor diversiteit. Alleen hebben ze nauwelijks contact met de andersculturelen. Sommige culturele snobs zie je, progressief als ze zijn, verhuizen naar een multiculturele buurt om ook daar dan vervolgens in een cocoon te leven met de even vooruitstrevende culturele snobs in de buurt.

Verder beperkt hun consumptiegedrag zich tot: ecologisch verantwoord, antiglobalistisch en No Logo... Tenzij het om een logo gaat dat alleen andere ingewijde culturele snobs zullen herkennen. Want dan mag het wel. En heel graag zelfs. Je ziet een culturele snob dus ofwel tweedehands (de zogenaamde bohemiens) kopen of anders zet hij z’n 'knowledge & know how lifestyle' om in z’n koopgedrag: ronkende designnamen maar, once again, alleen voor een insider te herkennen. Een culturele snob kijkt neer op protserig gedrag, het etaleren van herkenbare dure statussymbolen, dat vindt hij vulgair en dom.

Waar tref je ze buiten de universiteit nog aan? Tweedehandswinkels, designwinkels, bibliotheken, boekenhandels, kleine onafhankelijke muziekwinkels, koffiehuizen, jazzcafés, Parijs, Italië, grootsteden, ... en overal waar de drempel hoog is: hedendaagse musea, moderne theaters, poëziepodia, indie-, klassieke en jazzconcerten, kleine cinéfiele bioscopen,... Da’s immers hun natuurlijke biotoop: hoge cultuur onder hoge cultuur. En zolang ze daar blijven, heeft niemand anders last van hen.

Het bekendste voorbeeld van een culturele snob dat me nu te binnen schiet is Sideshow Bob van The Simpsons. Afgezien van z'n verkeerde politieke voorkeur (Republikeins, een culturele snob is liberal, Democraat dus) en criminele praktijken spreekt uit alles wat hij doet en zegt 'Cultural snobism, I'm yours!'. Ik zou zelfs nog verder gaan en durven beweren dat de hele Simpsonsshow, waarvan geweten is dat de schrijvers een diploma op zak hebben van de betere Amerikaanse universiteiten, een cultureel snobistisch vehikel is, maar dan wel een heel goeie: de ironische benadering van de 'lagere populaire cultuur', de inside jokes en vele culturele verwijzingen herkenbaar voor culturele snobs, het personage van Lisa Simpson,...


A friend of mine pointed out that the magic of ‘The Simpson’s’ is that its humor works on three levels. On the bottom rung are people who laugh at coconuts falling on folks heads. These are the same people who laugh every single time Homer says ‘D’oh’. No matter what. The second level are the more clever, oft times subtle hidden humorous political messages and pop-culture references that makes up the large portion of the what has driven ‘The Simpson’s’ through all these years. At the highest level of the Simpson’s humor chain are the much more cryptic theological, high brow literary and extremely obscure social references that will only be caught by the upper 10% of our societies intellectual trust.


Cultureel snobisme bij uitstek.

Oh ja, dat en de personages uit een doorsnee Woody Allen film.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten